Report: |
Yo, De Bjorn hier terug!
Met het idee te vertrekken uit Dar Es Salaam ging ik informeren naar mn transport. Ik was net iets te laat bij het tourisme bureau (niet tegenstaande ik nooit tevreden ben met hun info keer ik blijkbaar toch nog altijd terug) maar ik vond een kerel -Of hij vond mij- die wist hoe het transport was tot Dodoma (hoofdstad). Ik liet hem weten dat ik niet zo'n zin had in een grote bus. Gingen er geen minibussen? Er gingen volgens hem inderdaad minibussen en normaal moest ik naar het grote busstation. Maar hij wist een plek waar ze ook een stop maakten nabij. Hij bracht me ernaar toe, leeg op dit moment maar hij verzekerde me dat ze hier in de morgend passeerden. hmm... . Ik keerde daarna snel terug naar mn hosteltje. De volgende morgen vroeg op, ik pakte mn boeltje en liep naar de aangeduide plek. niekske. Ik vroeg info aan een voorbijganger en zoals ik dacht... Ik moest naar het busstation. Ik sprong even later, ter hoogte van de post, een minibusje op en werd tot het busstation gebracht. Bam! Daar werd ik direct besprongen door jagers van diverse busmaatschappijen maar ik liep koppig door tot ik binnen in het busstation was. Of toch bijna. Ik werd aan de ingang tegengehouden, zonder ticket kon ik er enkel in als ik een toegangskaartje kocht. Ik vroeg verder en kwam te weten dat er blijkbaar gn minibussen waren, enkel grote bussen. Ik stapte terug tussen de gieren en liet me door 1 van hen tot een loketje brengen. Ik kocht mezelf een ticket voor de volgende bus en even later zat ik in mn zeteltje. Een lange rit. zalige zichten.
Toen ik uiteindelijk aankwam in Dodoma, liep ik snel naar het station. Ik hoopte morgend verder te gaan met de trein. Ik informeerde, geen probleem, kost zoveel, vertrekt zolaat... Ik kroop in een klein guesthousje en ging wat later iets gaan drinken. Ik had op de hoek een openlucht bar gezien waar wel wat sfeer inzat. Ik zette me aan de toog. Een pintje. "What?" "Euh... Kilimanjaro? Pilsner?" "No beer!" Geen bier? leuke bar. Kan ik dan een cola? "yes" koud? "no" Even later bracht ze me een koude cola... Tanzania is zonder twijfel het eerste land waar de taal een groot probleem is. Swahili en Engels zijn de officiele talen maar je kunt makkelijk een kruis zetten door dit engels. Mischien 1 op 10 mensen die het een beetje spreekt. Ik leerde later dat het Swahili voor koud "baridi" is, een belangrijk woord als je dorst hebt!
De volgende morgend stond ik weer es vroeg op en liep tot het treinstation. Ik was natuurlijk te vroeg en zette me voor het loket tot dit openging. Tegen 8u was dit eindelijk het geval. Ik sprong op. Yes, please. kan ik een kaartje tot Kigoma? 2de class? "no ticket, all full" Alle leuk, zei ik. Kon je me dat gisteren niet zeggen? "sorry? no understand. english small" Is't waar, zei ik. ik probeerde nog wat te duwen en kreeg uiteindelijk te horen dat ik moest wachten tot de trein kwam. Mischien was er nog een plaatsje vrij. Ikke dus wachten... en wachten... tot de trein eindelijk binnenrolde. Ik liep terug naar het loket. "yes" zegt ie. 1 kans! Betaal zoveel! Maar, zei ik in protest, als het nog maar een kans is waarom moet ik dan al betalen? wat als het niets is? 1 kans! herhaalde hij, betaal... . Ik zuchte en haf hem het geld... en hij gaf het ticketje! Ik kroop de trein op, maakte kennis met de mensen in mn compartiment en genoot van de zichten. Op diverse plaatsen maakten we een stop. Telke male was het kopen en verkopen geblazen! Elke plaats bleek een beetje zn eigen typische zaken te hebben. Fruit, groenten, rieten manden, rieten maten, eten, aha we waren blijkbaar bij onze lunchstop! Later reden we door een streek waar ik her en der zaken in de bomen zag hangen. Ik vermoede bijekorven en dit werd bevestigd door een medereiziger. Toen we bij een volgende stop kwamen kocht ik een flesje honing van een meisje. Een oud waterflesje gevuld met een donkere, zeer vloeibare, zaaaaaalig lekkere honing. Tegen de avond installeerden we ons bed. ik kroop bovenaan. verzekerde mn grief en had een lekker nachtje, in slaap gewiegd... pedoem pedoem pedoem...
De volgende morgen was ik de eerste wakker, maar al snel ontwaakten de anderen en herschikten we de zetels. Tegen de middag kwamen we aan in Kigoma. Lake Tanganyika! Een mooi station. Met de stroom mensen kwam ik vooraan terecht. Taxi? Taxi? Nee dankje wel! Kigoma kan niet zo groot zijn ik wandel wel. Even later liep ik reeds het eerste hotelletje binnen. Eenvoudig, proper en ze hadden een bar/restaurant met pooltafel. Prima! En ik smeet mn boeltje in mn kamer. Ik zette me aan de bar en dronk een pintje, Baridi! Even later kwam nog iemand het hotelletje binnen, ik herkende hem van de trein. Even later kwam hij me vergezellen aan de bar. EEN BELG!!! Arno, ook een langdurig reiziger zo bleek, had kort geleden een geweldadige overval meegemaakt. Camera was gestolen en hij had enkele genaaide souveniers op zn hoofd, hij droeg een petje om de horro watt e verbergen. Hij stelde voor om hier in Kigoma wat samen op te trekken, hij had nood aan wat gezelschap, een gevoel van veiligheid. Ik had hier geen probleem mee en even later waren we samen op pad om wat eten te zoeken. Toen plots een bedelaar zich naar ons richte en ons ietwat verrast sprong Arno een gat in de lucht. “Don’t do that! That’s verry dangerous! You know what I could have don to you?” Arno was blijkbaar een beetje jumpy en bleek weinig tot geen vertrouwen meer te hebben in de mensen. Toen we de heuvel opliepen hield hij enkele mensen in de buurt nauwlettend in de gaten. En toen we boven waren en ik een betere plek wilde zoeken om een beter zicht op het meer te hebben wilde hij liever terug afzakken naar het dorp. Zo gezegd, zo gedaan. Even later waren we terug beneden en liepen tot het meer. Aan de oever waren enkele mannen zich aan het wassen, toen wat later de zon onderging keerden we terug naar het hotel. Ik nam nog een pintje en stelde een spelletje pool voor. Ons spelletje trok al snel de aandacht van de vaste spellers in het café en al snel werd een token op de rand gelegd, (de uitdager speelt de winnaar) ik was getraind en won het partijdje. Mn uitdager haf een indruk van geharde speller, ne professional, maar ik bleek het geluk wat aan mijn zijde te hebben en won. De kerel was niet tevreden en daagde me opnieuw uit. Maar opnieuw bleek het geluk aan mijn zijde. Telke male ik scoorde was er een oud mannetje die daar blijkbaar alle plezier in had en telkens moest lachen en met zn hand op de rand van de tafel sloeg (ne supporter) . De kerel raakte wat geenerveerd en vroeg zn vrienden om voor hem te supporteren. Maar hij verloor opnieuw. (hihi) Het was een koppighaard die moest winnen en opnieuw daagde hij me uit! En opnieuw verloor hij! 3 x op een rij vond ie wellekes en na nog een pintje ging ik “de winnaar!!!” slapen.
Of toch proberen, de elektriciteit was uitgevallen en ze hadden de generator aangestoken. Raad es waar die stond? Yep, naast mijn kamer! Na heel wat staren in de lucht, kwam (YES!) het beestje op zn einde, een laatste kuch en een zalige stilte viel over me. Geen elektriciteit betekende (besefte ik op dat moment)ook: geen Fan! Maar liever wat zweten dan doof worden en uiteindelijk viel ik wel in slaap.
De volgende morgend stond ik relatief vroeg op want ik had met Arno afgesproken om naar Ujiji te gaan. We hadden allebij niet zo’n schitterende nacht achter de rug en wandelden samen tot de minibusjes. Sprongen erop en even later waren we er reeds. Ujiji! Het dorpje aan Lake Tanganyika waar onder een Mango boom de bekende woorden werden gezegd “Dr. Livingstone, I presume?” Toen we bij de betreffende plek aankwamen en binnen wilden was er een kerel die onze centjes wilde. Hij had echter geen toegangskaartjes en kon geen recu’tje geven. We lachten in zn gezicht toen hij on seen belachelijke prijs in het gezicht smeet en liepen hem voorbij. Kort nadat we binnen de omheining waren kwam iemand ons zeggen dat iemand zometeen zou komen. We liepen ondertussen tot de mango bomen waar de begroeting had plaatsgevonden en…
“Dr. Livingstone, I presume?” terwijl we een fotoke namen . Kort daarop kwam iemand op ons af. De gids/verantwoordelijke wist ons te vertellen dat er geen toegangsprijs was, achteraf werd wel verwacht om een kleine donatie te doen… Na een deftige uitleg konden we het gastenboek tekenen en onze “donatie” doen. We gaven elk wat we als toegangsgeld in gedachten hadden. “is small…” t’Is een donatie kerel, wees blij met wat je krijgt! Voor het zelfde geld stak hij het geld gewoon in zn zak (er was nergens bewijs omtrent hoeveel hij kreeg). We keerden te voet terug tot Kigoma, wat op minder dan een uur wandelen gelegen was. Tegen de avond ergens na ons avondeten was het weer tijd voor een pooltje… Er was iemand die zn kans opnieuw wilde wagen… Spelletje 1, verloor ik toen ik de zwarte erin schoot. Spelletje 2 idem. Spelletje 3 won ik dan terug. Hij was tevreden hij had 2 van de 3 spelletje gewonnen en ik was tevreden want hij had geen zuivere overwinningen. De volgende morgen wilde ik een stapje verder en moest zeeeeeer vroeg mn bedje uit. Ik vroeg de nachtwacht me te wekken en ging slapen. Midden in de nacht nog voor de nachtwacht me wekte schoot ik al wakker en maakte mn zak klaar. Toen hij op mn deur kwam kloppen was ik reeds klaar om te vertrekken. Pekke donker buiten terwijl ik tot de bussen liep. De gedachte wat er met Arno was gebeurd schoot door mn hoofd, maar alles was hier zo rustig en al snel kwam ik enkele mensen tegen die ook naar de bussen gingen. Ik werd in 1 van de bussen geleid en na weer eens een kleine prijsdiscussie had ik mn plekje. Ik raakte wat aan de praat met mn gebuur en toen we uiteindelijk in Mwanza aankwamen (was alweer donker) wilde hij me helpen met het zoeken naar een hostel. Het zoeken haf hij echter al snel op en hij stelde voor om naar zijn huis te gaan en dan kon ik morgen in de ochtend een plek komen zoeken. Ik was hier niet zo enthousiast over maar besloot mee te gaan. We sprongen op een minibus en redden uit het centrum. Toen we bij zn plek aankwamen bleek dat hij een huisje deelde met 2 vrienden. Ik maakte kennis en nam een douche (zat onder een kilo’tje stof). Nadien gingen we eten, we werden vergezeld door zn jongere broer die een stuk beter was in zn engels en staken de straat over naar hun ‘favorite’ club… Het kriebelde al in mn onderbuik en ik zag het prijskaartje van de avond mijn richting al uitzweven. We bestelden een pintje, sima en wat varkensvlees in een groentenmix. Zeer lekker! En tot mn oprechte verrassing : zij stonden erop dat ze alles betaalden! Tanzania, ik blijf het zeggen, een land van contrasteerende mensen! Terug thuis, stond hij erop dat ik in zijn bed sliep, hij zou de matras op de grond nemen. Ik protesteerde en stond erop dat ik op de grond zou slapen. Ik hield voet bij stuk en even later waren we dodokes aan het doen.
De volgende morgen stak hij de radio aan en luisterden we naar ‘golden oldies KERSTMUZIEK’ Met jingle bells narinkelend in mn hoofd namen we een minibus naar het centrum. We liepen van de ene guesthouse naar de andere, de een afgekeurd door hen (niet veilig) de ander door mezelf (geen venster in de kamer en geen fan). Uiteindlijk vonden we ereen die ze wilden afkeuren (geen singles) maar de plaats had ne goeie vibe en ik vroeg een dubbel te mogen zien. Was ok, prijs was niet te veel en ik nam het. We smeten on sneer in de kamer en wachten tot de regen wat voorbij was (had net een goeie vlaag gedaan). Toen we wat later weer de straat op waren nam de oudere broer afscheid. De jongere broer bleef nog bij me, hij wilde de stad wat tonen. Hij bracht me dan ook naar alle mooie plekjes. De rotsblokken, de dure hotels, de markt, …We zagen een dakloze zn eigen huis bouwen tussen de rotsblokken op eigendom van de staat, vadertje staat zou hier niets op zeggen zei mn vriend. Toen uiteindelijk ook hij afscheid nam was ik ergens opgelucht weer alleen te zijn. En terzelfdertijd schaamde ik me dat ik niet meer dankbaarheid voelde. Ik zal het nog moeilijk hebben weer aan mensen te wennen.
Toen ik na nog een dagje rust weer verder wilde , stapte ik in de ochtend naar het busstation en weer na de gebruikelijk prijsdiscussie kreeg ik mn plekje in de bus. Zetelke nr 1! Helemaal vooraan, naast de chauffeur. Prima zicht dacht ik. Leuk, ik vertrek richting Kilimanjaro en zal hem van ver zien komen! Milledju! Nooit wil ik nog vooraan zitten! Dit was de vreeselijkste busrit van heel mn afrikareis (en dat wil iets zeggen!) De schauffeur (from Hell) scheurde over het natte wegdek! Werd aangemoedigd door zn colleges telkens wanneer hij een gevaarlijk inhaalmaneuver met success had uitgevoerd! Inhalen voor een heuveltop! Tegenliggers die moeten afremmen en uitwijken om hem de plaats te geven! M’n buikspieren spanden zich op en hadden weinig tijd om te ontspannen. Diverse dieren kruisten onze weg en alles die klein genoeg was om geen grote schade aan te richten… werd genegeerd! Op zn minst 1 hond en 3 geiten… en minstens 20 andere die op het nippertje ontsnapten! Koeien, die te groot waren werden met een nieuw gevaarlijk maneuver op het nippertje ontweken! Het was donker voor we aankwamen en de bus stopte in Arusha. Bleek dat we hier de nacht door brachten. Na een slapeloos nachtje (ik had geen zin om geitjes te tellen) kwam een minibusje de mensen oppikken die tot Moshi gingen. Ik stapte met plezier van de bus, dacht nog iets te zeggen tegen de schauffeur maar hield uiteindelijk mn mond. Onderweg tot Moshi begon de ochtend door te breken. Het was echter bewolkt en veel van de berg was er niet te zien. Ik liep naar het hotel en smeet mn boeltje in mn kamer. Nam een douche, rust. De volgende dag was een zondag en dan ben ik een dikke egoist. Zondag is mijn dag. Ik wimpelde alle reisbureaujagers af en genoot wat van het stadje. (“only 5 min!” “No, they are my 5 min.!”) De Kilimanjaro was nog steeds verscholen achter de wolken en kon ik alleen bewonderen op de label van een biertje “Kilimanjaro”, deed ik dus maar. Tegen de avond zag ik het wat opklaren en het werd een race tegen het licht om nog iets te zien. Maar het werd niets. De volgende morgen. YESSSSS! Daar was ie! In al haar glorie! De Kilimanjaro! Pww, dacht ik. Ik wil die beklimmen? Slik. Ik begon met het aflopen van diverse reisbureau’s en kwam uiteindelijk terug naar de eerste nabij mn hotel. Ze gaven een profesionele indruk, voorzagen me van winterkledij en waren niet te duur (of waren toch goedkoper dan ik verwacht had). Ik had nog wat mn twijfels over de route die ik zou nemen. De Marangu route of coca-cola route was de meest populaire en zou de makkelijkste zijn. Het feit dat ik reeds meer dan een jaar aan het luieren ben dacht ik dat dit de beste optie zou zijn voor een niet voorbereid iemand. Bijna iedereen rade me echter aan om de Machame – of whisky route te nemen. Deze is veel mooier en volgens hen niet moeilijker, zelfs beter doenbaar dan de andere. Toen ik nog aan het kiezen was kwam Damien, een aussie, binnen en betaalde voor de Machame route. Hij vroeg me of ik er fit genoeg voor was. Goeie vraag. Ik liet me dan maar overhalen en koos voor de Machame route. Morgenochtend vertrek!
De volgende morgen ontmoeten we elkaar terug in het bureau en nadat we onze uitrusting kregen (Ik zag er uit als een clown, helder gele regenbroek, roze trui, zonnebril uit de 80’s. Hij kreeg the cool stuff). Ons “profesioneel” wandelgrief en winterkledij hadden we gelukkig de eerste dagen niet nodig. Dag 1, nadat we onze toegang hadden betaald was zalig door een bosrijk gebied, zalig wandelen, een kleine pause voor een lichte lunch en aangemaand worden om het veel langzamer te doen “pole pole”. Ik kwam met de snuggere vraag “sterft er wel es iemand op de berg?” “ja, elk seizoen” “slik, wanneer was de laatste?” “vorige week”. Het werd een beetje stil en Yitzack onze gids vertelde over de man die een tourorganizer was…Tegen de avond kwamen we uit het bos en daar bleken we te zullen kamperen. We werden verrast door een lekker avondmaal, hadden we niet verwacht nadat we het verschil zagen tussen onze budgetoptie en de andere groepen (zij hadden bv tafels en stoelen in een “eetruimte-tent” wij hadden een aardappelzak als tafeltje op de grond). De eerste nacht in een tent was er eentje zoals verwacht met weinig slaap. Dag 2 begon mooi, we hadden minder bomen, meer struikgewas en zalige zichten op het wolkendek beneden ons. De boodschap om geen hoogteziekte te krijgen was pole pole en veeeel drinken. Tegen die avond had ik dan ook al 5 liter binnen gegoten. Ik voelde me prima, geen last van hoogte ziekte. Iets waar mn college minder geluk mee had. Hij kreeg met veel moeite zn soep binnen en ik genoot toen maar van een extra groot avondmaal. FOUT. M’n maag die gewoon is aan eenvoudige rijst/sima maaltijden begon te protesteren en heel de nacht produceerde ik voldoende gassen om een luchtballon op te laten. Ik had medelijden met Damien die de tent met me deelde, maar ik kon er niets aan doen. Ik liep enkele keren rillend naar het toilet (hmm, de nachthemel was inderdaad onwaarschijnlijk prachtig) en even later was het alweer ochtend. Ik besloot mn maag wat rust te geven en nam enkel wat thee. GROVE fout! 2 nachtjes zonder slaap en geen ontbijt. Ik was geradbraakt. Ik kon met veel moeite mn ene voet voor de andere zetten en koos dan ook om niet via lava-tower te gaan maar de kortste weg te nemen naar het volgende kamp. Het kamp was een stuk lager dan het hoogste punt dat we die dag bereikt hadden en onderweg naar beneden begon ik me al een stuk beter te voelen. In het kamp aangekomen smeet ik me neer in de tent en deed een tukje. Toen een halfuur later ook Damien aankwam zag hij er maar bleekjes uit. Kapot smeet hij zich neer. Ik was alweer opgeknapt en genoot van het zicht. Toen wat later ook Damien weer bij zn positieven kwam speelden we wat Bao (spel die ik uit Malawi meehad). Het avondmaal werd voorgeschoteld. Damien wat ziekjes at weinig. Ikzelf prima, at voorzichtig. Die nacht hadden we beiden onze eerste goeie nacht. Dag 4. Ik voelde me 100% en liep meestal ergens aan kop. Vandaag was het veel op en neer en het werd een lange dag. We zagen onze eerste plekjes met ijs, zalig genietend in een vreemd landschap. Damien was echter niet zo happy en moest enkele spugstops maken. Ik voelde me goed maar de lange dag en de laatste klim breekte me toch een beetje. Eens boven kregen we snel ons avonmaal voorgeschoteld. Nog niet gerecupereerd van de laatste klim, kreeg ik niet veel binnen en toen Damien er alles terug uitspoog had ik ook genoeg. We kropen in onze slaapzak. Deze nacht zouden we met de laatste klim beginnen! Tegen 23:30u werden we gewekt. Het was tijd om al onze winterkledij aan te doen en even later vertrokken we. Een lastige klim en iedere 5 stappen hadden we rust nodig. Onze gids zei ons dat we veel trager gingen dan verwacht en dat de beklimming op deze manier tot morgenmiddag zou duren. Na een total van 4u werd het tijd om de waarheid onder ogen te zien. Ik was niet ziek, maar mn energieniveau was ____ en iedere stap was een overwinning . Ik haalde de 5000m en keerde toen terug. Damien ging door. De afdaling door lavastof (los fijn grind) was glijdend ergens wel leuk maar nam het restje van mn energie. Tegen 6u waren we terug in het kamp, smeet met veel moeite mn kleren af en kroop terug in mn slaapzak…
Tegen 8u stond ik op, ik voelde me terug prima en kreeg in afwachting van de anderen hun terug keer mn ontbijt. Tegen 10:30u zag ik een lijkbleke aussie de tent binnenstrompelen. “you made it!” “yes, but you have no idée how” Hij smeet zich neer en de volgende 2 uur hoorden we hem niet meer. Toen hij ontwaakte kregen we lunch en kraamden we op. Tijd om af te dalen. De afdaling ging vlot en al snel liet ik samen met de dragers Damien en Yitzack achter ons. Halverwege kwamen kwamen we in het wolkendek terecht. Het was een beetje koud en nat maar we wandelden snel en het ging prima. In het kamp aangekomen, waar alles mistig en koud was maakte ik het me wat gemakkelijk en een uurtje later kwamen de andere 2 ook aan. Damien voelde zich wel uitgeput maar voor het eerst niet meer ziek. We genoten dan ook beiden van ons laatste avondmaal en Damien vertelde me van de tocht naar de top. Hoe hij het gedaan had begreep ik niet, hij had de laatste dagen niet meer dan een beetje soep binnen en was vanaf dag 2 ziek, dag 1 corrigeerde hij. Hij begon me uit te leggen hoe zwaar het was geweest en vertelde me over zn voorbereidingen die hij thuis had gedaan en ik voelde me al een stuk beter. Ook was iedereen bij hem thuis op de hoogte dat hij de Kilimanjaro ging doen (5892m) en iedereen had hem als gek ziek trainen. Hij MOEST de top bereiken. Iets wat ie op pure wilskracht heeft volbracht. Dikke proficiat, maar ik was dik tevreden met mn 5000m (zonder voorbereiding) en het feit dat ik zeer weinig ziek was geweest en dus de hele rit kon geniete van al het moois. Tijdens de nacht speelden we nog wat Bao en de volgende morgen trokken we verder. Het was opgeklaard en het laatste stukje door het regenwoud was zalig genieten.
Aan de uitgang warden we opgepikt door het busje en keerden we terug tot Moshi. Boeltje gedropt, draggers hun welverdiende tips gegeven en na een douche …kapot…
Tegen de avond staken we onze hoofden terug buiten en besloten ereen te gaan drinken op de succesvolle afloop. Pintje en pooltje, lachen en genieten. Zo ne keer uitgaan komt er niet veel van op reis en deed wel deugd. De volgende morgen vertrok Damien naar Zanzibar en na nog een dagje rust en mn laatste centjes te verdoen aan een kaartje naar meise vertrok ik de volgende morgend. Ik had gevraagd aan de receptioniste me te wekken tegen 5u en dit zou geen problem zijn. Tegen 6u schoot ik wakker, vloekte es binnenmonds, maakte me klaar en schoot naar beneden. Daar zag ik de nachtwacht zitten op zn stoel en naast hem lag het blad die de receptioniste had geschreven “wake up room 12b at 5am” Ik wees hem naar het blad en vroeg hem te lezen wat erop stond. Hij verstond natuurlijk geen engels en greep alles uitgezonderd het blad. Laat ook maar zitten zei ik geergerd en stapte op. Ik was nog ruim op tijd voor de bus. Ik arriveerde op de plaats waar ze me de dagen voorgeen hadden gezegd te komen om de bus te nemen. En. Die kiekens wisten me doodleuk te zeggen dat er geen bus was in de morgend! Ne mens komt daarvoor gisteren en eergisteren vragen wanneer de bus vertrekt! Ik kon ze de kop afwringen en liet mn ergernis merken. Plots bleek er dan toch een bus. Ik kocht mn kaartje en zag hem schrijven ‘departure: 1:30pm’ ik wees hem erop en was nog niet zeker van mn bus in de morgend. Maar even later zette hij me op een minibusje naar Arusha. Daar aangekomen werd ik tot mn gerusstelling naar een grote bus gebracht die binnen een halfuur vertrok. Prima, kom ik toch nog voor donkeren in Nairobi aan. Als die stad werkelijk zo onveilig is wil ik daar niet met mn rugzakje rondhuppelen na donkeren. Ik moest nog een plasje doen maar had geen roste kluit meer over en moest smeken aan de toiletdame om me te laten gaan. Even later zat ik op de bus en vertrokken we…naar Kenya!
KENYA
De grens oversteken was eenvoudig en mn visum kon ik betalen met 1 van mn slordige 50$ briefjes (raakte deze niet kwijt in wisselkantoren) en hoewel de dag niet zo super was begonnen voelde ik me al een stuk beter toen ik een leuk gesprekje had met de beambte in VLOT ENGELS. Tegen 16u kwamen we aan in Nairobi en ik nam mn LP met het stadsplannetje ter hand. Toen we afstapten wist ik waar we zaten en liep rechtstreeks naar het hotel die Arno me had aangeraden. Eens aangekomen smeet ik mn boeltje in de dorm en ging geld wisselen. Terug in het hotel veranderde ik naar een single, de koers kennende bleek deze niet zo duur (4 euro). De verhalen kennende van de stad en de waarschuwingen van de receptionist in gedachten nemend bleef ik mooi binnen na zonsondergang. De volgende morgen ging ik gaan informeren naar transport richting de kust, Mombasa. Ik wilde mn verjaardag (die binnen enkele dagen was) ergens aan de kust vieren. Ik ging ook nog naar de ambasade van Ethiopia en kocht mezelf een visum. De duurste tot nu toe maar ook de snelste (grenzen niet meegerekend) in 15min was het geregeld. Ik liep wat rond in de stad en werd plots aangesproken door een kerel. Hij stelde zich voor als leraar en wilde meer weten over mn land van erkomst. De bellekes rinkelden in mn hoofd maar hij was vriendelijk en vroeg me om een kopje koffie te gaan drinken en verder te praten. Ik moest echter nog iets dumpen in mn hotel en hij liep met me mee. Ik liep mn hotel binnen terwijl hij achter de hoek wachte. Aan de receptie zag ik een waarschuwingsbordje hangen ivm vreemden… boven stond de tv open en was ere en olypisch taekwondo tournooi bezig. Het spijt me indien hij een oprechte kerel was maar hier twijfelde ik sterk over en het zekere vor het onzekere nemend bleef ik binnen.
De volgende morgend pakte ik mn boeltje en toen de dag begon liep ik naar de bussen. In een zijstraat zag ik bussen van een andere maatschappij die ik gisteren niet had gezien en ging kijken. Ze waren iets goedkoper en vertrokken om 8u. Prima en ik kocht een ticket. Tegen 7:30u was ik terug en tegen 8:30 was de bus er en konden we instappen. Ik had een plaats vooraan (slik) en had een waarschuwingsbordje voor mn neus “don’t except drinks, food or cigarettes from strangers. They could be drugged!” Tiens tiens, Ik was direct overtuigd van mn juiste beslissing die ik gisteren had gemaakt. Naast me zat een kerel die zich voorstelde als Silay. Een Burundees die voor de amerikaanse ambasade werkte. We raakten wat aan de praat… Voor zn opleiding heft ie 3 jaar in Amerika doorgebracht en hij vertelde me hoe zn vriendin hem in die tijd bedrogen heeft met een van zn vrienden. Hij had haar elke week 50$ gezonden om haar te onderhouden en haar studies te betalen, hij kon het niet begrijpen. Hij zag haar graag en zn hart was gebroken… Sukkelaar dacht ik. Maar zei hij… Ik heb er ook een vriendin op nagehouden in Amerika…(ik kijk mond vol tanden…) Je beschuldigd je vriendin van ontrouw terwijl jezelf aan het feesten was??? (dit moet Afrika zijn, dacht ik) Maar dat is anders, zei hij, ik zat op school. Het is bijna een ongeschreven wet dat je dan MOET profiteren en trouwens ik zond haar elke week geld! No fucking excuse, zei ik hem. Je hebt een vriendin en je zat met een andere vrouw in bed! Hij bleef zn gelijk volhouden. Hij wilde trouwens ook es weten hoe het was een blanke vriendin te hebben. En? Vroeg ik. Blanke vrouwen zijn veel romantischer voor de rest is er geen verschil. Ik ben zelf ook wel met de directheid van de Afrikanen in contact gekomen en zn antwoord verwonderde me niet echt. We stopten voor onze lunchpauze en toen we terug vertrokken en hij het gesprek terug wilde oprakelen liet ik het gesprek wat doodbloeden. Alles omtrent het onderwerp was in mijn ogen gezegd en het was tijd om van de monotoonheid van de busrit te genieten.
In Mombasa aangekomen nam ik afscheid. Op de bus had nog een andere niet zwarte gezeten, een jappaneese waar ik nu automatisch bleek in contact te komen. We liepen samen naar een gekozen hotel. Daar aangekomen bleek alles echter volzet. Ik stelde voor om naar het hotel aan de overkant van de straat te gaan. “…euh, is not in LP…” Is dat een problem? Zei ik. “I want hotel from LP.” Ok. Zei ik. Kies je nooit iets anders? “No” wat als je in een plaats komt waar de LP niets over zegt? “don’t go there” ok. We vonden uiteindelijk een plekje en namen elk een kamer. Het was reeds avond en we gingen direct op zoek naar iets te eten. Tot mn verbazing was ze wel tevreden met een klein lokaal restaurantje. Maar haar ogen trokken open toen ik met mn handen begon te eten. Vreemde meid. We keerden terug naar onze kamer en zagen elkaar de volgende morgen terug aan de ontbijttafel. We liepen samen nog es naar het tourisme buro waar ik wat info wilde omtrent een goeie plaats om mn verjaardag te vieren maar werd niet veel wijzer en koos erdan voor om mn eerste gedacht te volgen en naar Watamu te gaan. Een toeristisch kuststadje, klein en gezellig. Ik nam de minibus tot Malindi zoals ze me gezegd hadden en vandaar een minibusje tot Watamu om dan te leren dat ik eigenlijk niet tot Malindi moest. Maar swat. Ik was er. Ik liep tot een hotelletje en werd al snel begeleid door iemand op de fiets. Ik kreeg een kamertje met badkamer en een koelkast! Was iets duurder dan gewoonelijk maar nog binnen het budget en de koelkast leek me wel leuk. Ik smeet mn boeltje neer en ging naar het winkeltje en kocht enkele pintjes. Ik vond het zoned om een draaiende koelkast leeg te laten. Ik liep de volgende dag wat rond en ging informeren in de dure hotels. Ik had zin om mn verjaardag bij 1 van hen door te brengen en een duikje te wagen. Ik ging in Malindi nog wat geld wisselen en bezocht op de terugweg de Gede ruines. Weird. Maar zalig rustig om rond te lopen, schaduwrijk en diverse muren waren overwoekerd door grote baobabs. Was precies Indiana Jones of ik keek al rond of ik Lara Croft nergens zag (niet gezien jammer genoeg). De volgende morgen pakte ik mn boeltje en liep naar het gekozen hotel. Ocean Sports. Het was de enige plek die niet overspoeld was door snobs en ze hadden een duikclub in het hotel. Ik werd vriendelijk begroet door de receptioniste en ze bracht me naar mn cottage. Daar was een oudere bediende ‘mijn’ terras aan het vegen en de receptioniste gaf hem de sleutel. Hij begeleide me binnen en wees me waar alles was. Een mooi opgemaakt dubbel bed met een ruim muskietennet, een kleerkast, een badkamer met ligbad,… waw. “If there is any problem” zei de oude man “don’t hasitate to call me, I’m here to take personal care of you!” slik. Dacht ik. Ik bedankte hem maar als een oude man zegd dat ie personelijk voor me gaat zorgen… dat steld me toch niet volledig op mn gemak. Hij liet me alleen en ik sloot de deur achter hem. Stak het slot op de deur. Smeet mn kleren af en nam een douche… smeet me op het bed… zalig. Ik probeerde de airco maar zette deze snel terug af, te koud op mn bloot vel. Na wat rust ging ik op mn terrasje zitten en genoot van het zicht op de zee. Tegen de middag ging ik snel iets eten in de stad en keerde toen terug naar mn terrasje en mn boekje. Tegen 16u kwam de oude man –Nairinga genaamd- langs mn cottage. “how does thee with butterscotch and jam sound like?” Klinkt hemels! Wist ik te antwoorden. En even later werd ik van de lekkernij voorzien. Tegen 20u werd het avondeten opgediend en ik genoot met volle teugen van : opgevulde paddestoelen, ajuinsoep, rijst met een crabsoufle en een fruitrijk dessertje overgoten met een vanillesausje. Na nog een telefoontje van meise kroop ik in mn badje en dan mn bedje. Morgend was het mn verjaardag (1 sept) en ik had een duik gepland in de morgend. Na een zalig nachtje stond ik vroeg op, dronk mn ochtend thee’tje en ging ontbijten. De duikmeester kwam me zeggen dat de duik deze morgend niet kon doorgaan en we spraken af voor morgenochtend. Mn planning iets overhoop besloot ik een wandelingetje te doen op het paradijselijke-witte-zandstrand-met-palmbomen. Ik was tourist en liep in bloot bovenlijf tussen de enkele andere medetouristen. Na een uurtje keerde ik mn kar en liep terug naar het hotel. Tijd om de koelte van mn kamer op te zoeken. Toen ik mn sleutel vroeg zag ik dat er een berichtje zat ik mn vakje. Berichtje van meise!!! Ze had het hotel gevraagd me ontbijt op bed te brengen maar ik was blijkbaar te vroeg op, vond het toch super leuk! Ook had Kurt -een van mn vrienden- een vroeg belletje gegeven. Ik genoot van mn dagje met puur luieren en bracht een bezoekje aan het maritime centrum, tegen de avond werd het weer es tijd voor het avondeten en ik ging het restaurant binnen. Puur toeval?!? Maar het kon niet beter uitkomen bleek het een typisch Belgisch menu! Voorgerechtje was een garnalencoctail gevolgd door een wortelsoepje en als hoofdgerecht Biefstuk met fr….-telefoon van vriendjes Ruben en Wendy en Yoran die me proficiat wensten. Fun fun fun.- …frietjes en als dessert : Chocolademouse! Hmmmm Ik vulde de gaatjes nog op met een pintje of 2 en kreeg toen nog enkele telefoontjes. Ik beloofde Kurt om om 22u mn pintje op te heffen richting noorden (hij naar het zuiden). Zo gezegd zo gedaan en ik sloot daarmee de dag af. Terug in mn kamer sprijde ik mn bedje open (meise zou fier-en verwonderd-zijn) stak enkel kaarsen aan en kroop in mn badje… blies 1 voor 1 de kaarsjes uit en kroop in mn bedje… slaapwel birthdayboy!
Next morning, ik pakte mn boeltje en maakte me klaar voor de duik. Aan het duikcentrum maakte ik kennis met Graham een oude kerel die ook voor een duik kwam en mn buddy zou worden. We dienden wat te wachten tot de zee wat kalmer werd en moisten uiteindelijk kiezen tussen een korte diepe duik in de outer reef of een lange ondiepe duik in de inner reef. Graham deed nog meer duiken en liet mij kiezen. Me voor de geest halend hoe snel een duik gaat koos ik voor de lange ondiepe duik. We spraken af om 11u wanneer het ideal wat voor deze duik. Eens het zover was kreeg ik mn uitrusting. Een lensmask waarmee ik alles kon zien! En al de rest om me er cool en profesioneel te laten uitzien! Ik had me ietwat verbrand op mn strandwandeling en mn uitrusting wreef een beetje tijdens de wandeling naar de boot. De briefing had me een beetje nerveus gemaakt (mn eerste duik in de zee!!!) maar in de boot voelde ik me al meer op mn gemak. Aangekomen op de plaats deden we een uitgebreide buddycheck (Graham wilde me wat imponeren denk ik) en na de duikmeester ging ik ter water. Ik zwom naar de ankerlijn waar Steve wachte en hij zij me voor Graham er was dat ik me geen zorgen hoefde te maken. Graham was volgens hem een overgefrustreerde wonnabe duikmeester. Gezellig. Toen Graham er ook was gingen we naar beneden… en alles was zalig… en prima… en mooi. We zagen octopussen en een fiere lion fish en een crocodile fish en… hey daar was Nemo! Zalige duik. Eens deze voorbij was en mn logboekje was aangevuld ging ik een stapje verder. De minibus op naar Gede en vandaar naar Mombasa. Ik was relatief vroeg in Mombasa zoals ik gehoopt had maar was ten einde. Ik had een klein vallinkske gevangen in mn luxe kamer ( airco grrr) en dit bleek iets erger te worden. Ik kroop vroeg in mn bedje. De volgende dag voelde ik me miserable, hoofdpijn, snotteren, niezen. Ik was van plan om fort jesus te bezoeken maar had hier geen energie voor. Kocht mn busticket voor de nachtbus naar Nairobi en zuchte en snotterde me door de dag. De enkele rommelverkopers die mij probeerden beklaagden dit snel en tegen de avond ging ik naar de bus. Ik voelde me rot en had er geen zin meer in. De gedachte schoot me door het hoofd om vanuit Nairobi naar huis te vliegen. Ik was ziek en wist dat ik geen ondoordachte beslissingen mocht nemen dus schoof ik dit terzijde. Na een relatief goede nacht op de bus wandelde ik naar het hotel waar ik voorgeen had gezeten. Smeet mn boeltje neer en ging wat geld wisselen. Ik kocht op de terugweg een lading citroenen en appelsienen. Toen ik ook wat gember zag twijfelde ik ook niet lang. Ik kroop in mn kamer en begon mn gevecht. De volgende dag was ik al iets beter. Het snotteren wat reeds veel beter maar de hoofdpijn was er nog. Nog een dagje rondlummelen en de volgende morgen. Yes! Ne heeeel stuk beter! Maar die ene gedachte had had zichzelf een plekje veroverd in mn kop en zat er nog steeds. Ik wilde nog niet toegeven. Maar moest eerlijk zijn dat ik niet verder kon zoals ik nu bezig was. Ik ging te snel, had geen tijd om me ergens aan te passen. Snel reizen –zoals ik de laatste tijd deed-kan tijdelijk leuk zijn maar is vermoeiend en ik had een pause nodig. Ik legde alles op een rijtje: Meise kon vanaf December geen verlof meer nemen voor 5 maand (college in zwangerschapsverlof) wat me nog tegen eind November haf. Onlangs had ik ook het nieuws ontvangen dat mn ouders weer es op reis gaan (die blijven ook nooit thuis) en ze vertrokken midden November. Aangezien die me ook wel willen zien thuiskomen gaf me dit minder dan 2 maand om nog 2 grote en 2 kleine landen te doen. Te weinig. Snel reizen had ik de energie niet meer voor. En ik moest toegeven de lokroep van thuis klonk zeer aanlokkelijk in de oren. Ik besliste om er een punt achter te zetten. Mischien nog niet in tijd maar op zn minst in plaats. Kenya wordt, IS mn laatste stop. Ik overwoog nog wat vrijwilligerswerk te doen en surfte het net af. Slik. Voor de meeste van die plaatsen moest ik meer betalen voor 1 maand dan ik ooit had verdiend in een maand! Nope! Mannekes! This is it!
Ik heb ondertussen mn vliegtuigticket gekocht en zie er erg naar uit om iedereen terug te zien. Het is nu reeds enkele dagen na mn beslissing en ik voel me er nog steeds goed bij. “t’is goe geweest”. No worry’s. M’n reizend leven is verre van over maar mn battereien moeten es van 0 worden opgeladen.
Ik kijk terug op wat de beste keuze in mn leven was (tot nu). De eerste daad van onbetwiste onafhankelijkheid, een teken dat ik mn leven in eigen handen heb genomen en mezelf en anderen toonde dat alles begint met iets te dromen/willen. Bereikbaar of onbereikbaar zit in je eigen hoofd!
Een zalige reis met onvergetelijke gebeurtenissen!
Thuis werd ook iedereen wild en een feestje wordt georganiseerd voor mn thuiskomst!
Yoepie! Party time!
De datum waarop ik jullie weer kom ambeteren:
Zondag 26 september!
Iedereen is welkom, voor de ‘waar en wanneer’ zul je moeten mailen!
Tot straks!
Bjorn
|